Na ongeveer twee maand in Huanchaco te spenderen was het tijd om eens verse lucht te scheppen in de bergen. Het Paasweekend bracht ons 2 extra dagen verlof en daarom besloten we met z’n allen om naar Huaraz te trekken. Huaraz is een stad in het Andesgebergte, op zo’n 8 à 9 uur rijden van Trujillo.
Donderdagavond zijn we vertrokken met de nachtbus vanuit Trujillo en vrijdagochtend kwamen we aan rond ongeveer 7u ‘s ochtends. We mochten pas rond 12u onze kamers in. In afwachting zijn we dan maar gaan ontbijten. Na het ontbijt zijn we het centrum wat gaan verkennen. Tijdens onze wandeling kwamen we zoals verwacht veel kraampjes en winkeltjes tegen waar je allerlei verschillende dingen kan kopen: van cavia’s tot voetbaltruitjes.
In de namiddag stond een siësta op het programma, gevolgd door een bezoek aan de thermische baden.
Het eigenaardige aan deze baden is dat het water afkomstig is uit een vulkaan en dat het water bruin-rood kleurt door het hoge zwavelgehalte.
Afgezien van de kleur waren de baden de moeite waard. Er waren twee grote baden en één klein bad. Het water in het kleine bad had een temperatuur van ongeveer 46° Celsius.
En geloof me, als je na 2 maanden geen warm bad hebt kunnen nemen dan is dit paradijs. Beeld je het volgende in: je ligt met je ganse lichaam te drijven in heerlijk warm water, enkel je gezicht steekt uit boven het water. Ondertussen is het heel zacht aan het motregenen en voel je af en toe frisse druppels op je gezicht vallen. Dit alles terwijl je een rivier op enkele meters van het zwembad hoort stromen en je uitzicht hebt over verschillende bergen rondom, die bedekt zijn met allerlei planten en bomen.
‘s Avonds zijn wat nog wat blijven drinken aan de bar van ons hostel.
Terwijl we van onze pintjes genoten waren we aan het plannen wat we de komende dagen konden doen. De mensen van het Andescamp Hostel hebben een verzameling van activiteiten in aanbod. De meeste bestaan uit trektochten van verschillende dagen, maar aangezien wij slechts enkele dagen bleven gingen we liever voor iets van kortere duur. Canyoning kwam als eerste idee uit de bus. Voor de mensen die niet weten wat canyoning is zal ik het kort even uitleggen. De bedoeling is om afdalingen te maken via een touw, de afdalingen zijn meestal van rotsen of watervallen.
Iedereen van onze groep vond dit een uitstekende keuze, dus boekten we de canyoning voor de volgende dag.
Maar enkele minuten later kwam PJ (voluit Pieter-Jan) op het lumineuze idee om te gaan bungee springen. Tijdens het bladeren in de catalogus met activiteiten had hij dit plots zien staan. Omdat we al enkele glazen binnen hadden besloten we met z’n allen om de bungee sprong er nog bij te nemen voor de komende dag. De wereld lag aan onze voeten en we stonden open voor elke uitdaging.
De volgende ochtend stond van de meesten (mezelf inbegrepen) onder ons de moed in onze schoenen. De alcohol had plaats gemaakt voor een nuchtere maag en tijdens het ontbijt kwamen de eerste twijfels naar boven. “Zouden we dit wel doen” en “Ik weet niet of ik het zal aandurven”, waren slechts enkele van de zinnen die in het gesprek voorkwamen.
We hadden nog even bedenktijd want eerst stond de canyoning op het programma. De opbouw naar de afdaling toe nam meer tijd in beslag dan de afdaling zelf. Het was een leuke opwarming van de dag. Een korte afdaling van enkele meters hoog terwijl je bestookt wordt door het ijskoude water van de waterval. Er bestaat volgens mij geen betere manier om wakker te worden!
Na de afdaling stond de gevreesde sprong op het menu.
We namen een combi-bus naar de brug en hebben daar nog ongeveer 2 uur zitten wachten tot het onze buurt was om te springen.
Het wachten vond ik persoonlijk niet zo erg, want het was super om te zien hoe de mensen voor ons zich aan de sprong waagden.
Maar ik moet wel zeggen, hoe langer ik er naar keek hoe minder zin ik had om zelf boven op de brug te staan.
PJ was de eerste van onze groep die de spits afbeet. In tegenstelling tot de meesten sprong hij voorwaarts in plaats van achterwaarts.
Zijn sprong zag er geweldig uit en zijn reactie achteraf gaf me weer moed. Hij had een glimlach van oor tot oor en van angst was geen sprake meer.
Vervolgens was het de beurt aan Verity. Tijdens haar sprong riep ze de longen uit haar lijf en van veraf klonk het net alsof er een operazangeres het beste van haarzelf stond te geven. Best wel hilarisch! Vervolgens was Kareen aan de beurt. Na een hele poos twijfelen en wachten besloot ze uiteindelijk om toch niet te springen. Ze had te veel schrik. Omdat we al veel tijd hadden verloren moesten de volgende sprongen snel gaan. Krishan was het wachten beu en was de volgende in de rij. Vrij snel had hij de instructeur losgelaten en verdween hij in de afgrond. Net zoals PJ kon je zien dat hij er intens van had genoten. En toen was het uiteindelijk mijn beurt.
Het angstzweet brak uit toen ik op de rand van de brug stond. Maar mijn besluit stond vast. Ik moest en zou springen, wat mijn lichaam of geest me ook probeerde wijs te maken. Er was niks om bang van te zijn. Er was de mensen voor mij niks overkomen, dus waarom zou mij iets overkomen?!
Op het moment wanneer de angst voor angst wegviel heb ik mezelf afgeduwd en trok de zwaartekracht me een twintigtal meter naar omlaag.
Daarna begon de grote schommelbeweging. Tijdens het schommelen herinner ik dat ik constant aan het roepen en lachen was.
Al de adrenaline moest namelijk een uitweg vinden.
Na mijn sprong moesten we snel al het materiaal verzamelen en een combi nemen richting de stad want het was beginnen regenen tijdens mijn sprong.
De rest van de dag hadden we het meermaals over wat een schitterend idee het was om te springen.
‘s Avonds zijn we nog naar een discotheek geweest. De avond bestond uit veel lachen, wat drinken en dansen, een acte de presence van een man verkleed in een cavia en een bezoek aan een hamburgerkraam genaamd ‘Sex Burger’ (wees eerlijk, zoiets kan je nu eenmaal niet weigeren!).
Voila, aangezien dit al een lange post is zal ik hier afronden.
De rest van het weekend hebben we gevuld met veel eten, een bergwandeling en het zoeken naar voetbaltruitjes van Peru.
Tot de volgende post,
Mats